Vloerverwarming

Vloerverwarming als warmtebron wint steeds meer terrein. Niet voor niets, want – naast veel comfort – biedt vloerverwarming nog een aantal voordelen. Ten onrechte wordt nog weleens verondersteld dat aanleg en gebruik kostbaar zouden zijn. Niets is minder waar, want vloerverwarming is zowel voor bestaande bouw als nieuwbouw een voordelige optie. Vaak is het energiegebruik aanzienlijk lager dan verwarming met radiatoren, heteluchtverwarming of convectieputten. In dit artikel gaan we in op de verschillende systemen en hoe de vloeren kunnen worden afgewerkt met linoleum, pvc, tapijt, hout, laminaat of tegelwerk.

In vloerverwarming onderscheiden we twee varianten:

  • conventionele vloerverwarming, aangesloten op een cv-ketel of stadsverwarming
  • elektrische vloerverwarming.

    Beide systemen kunnen worden gecombineerd met diverse vormen van vloerbedekking, zoals plavuizen, natuursteen, linoleum, pvc, tapijt, of houten vloeren zoals parket of laminaat.

    Conventionele vloerverwarming
    Bij conventionele vloerverwarming worden verwarmingsbuizen of -slangen in een dekvloer geplaatst en via een verdeler aangesloten op de cv-ketel of stadsverwarming De buizen of slangen kunnen op twee manieren in de vloer worden verwerkt:

  • door (stofvrij) infrezen in een dekvloer (zand-cement of anhydriet)
  • door een opbouwsysteem, waarbij de buizen of slangen op gegalvaniseerde draadstaalnetten worden gemonteerd, waar overheen een dekvloer wordt aangelegd.


    Aanbrengen van vloerbedekking (linoleum, pvc, tapijt)

    (op een conventionele vloerverwarming)

  • De dekking van de dekvloer op de cv-leidingen dient minimaal 30 mm te bedragen.
  • Het onderstaande opwarmprotocol dient te worden aangehouden. Het verdient aanbeveling de vloerverwarming 24 uur voor installatie van de vloerbedekking te verlagen tot circa 15 graden Celsius en minimaal 24 uur na installatie pas weer geleidelijk te verhogen, met circa 5 graden per dag.


    Elektrische vloerverwarming

    Bij elektrische vloerverwarming wordt de warmte opgewekt door middel van verwarmingskabels. Deze worden gemonteerd op verwarmingsmatten (3,5 mm dikte: goed toepasbaar onder tegels, te verwerken in de tegellijm) of – bij grotere oppervlakken (groter dan circa 10 m2) – met losse verwarmingskabels die in lussen over de te verwarmen oppervlakte worden verdeeld. Speciaal voor toepassing onder houten vloeren is er een folieverwarming met een minimale dikte van slechts 0,2 mm, die op eenvoudige wijze onder een houten vloer (of laminaatvloer) kan worden gelegd en een gelijkmatige verwarming garandeert.